Ik zie regelmatig dat ouders veel te snel overstappen naar een volgende autostoel. Niet verstandig: een kind zit al snel veel te los in een te grote autostoel, wat geen goede bescherming biedt bij een botsing. Het is beter te wachten tot het moment dat een kind echt toe is aan de volgende autostoel.

Ouders denken al snel dat zodra de voetjes over de rand steken of tegen de rugleuning van de achterbank duwen, hun kind te groot is voor de babyautostoel. Maar dat is helemaal niet erg. Pas als de bovenkant van het hoofdje van de baby boven de rand van de autostoel komt, dan adviseer ik ouders om over te stappen naar een peuterautostoel.

Voor een babyautostoel kun je zo ongeveer uitgaan van deze richtlijnen:

• vanaf 40 cm tot 83 cm, minimaal tot 15 maanden achterwaarts (R129)
• van 0 tot 13 kg (R44)

Voor een peuterautostoel is dit ongeveer het gemiddelde:

• vanaf 60 cm tot 105 cm (R129).
• van 9 tot 18 kg (R44) 

Bij een peuterautostoel adviseer ik ouders om de hoogte van de riempjes ten opzichte van de schouders te checken. Staan de riemen in de hoogste stand, maar komen ze alsnog onder de schouders van het kind vandaan? Dan moeten ze overstappen op de kinderautostoel.

Voor de kinderautostoel kunnen ouders uitgaan van:

•  tot minimaal 135 cm
• van 15 tot 36 kg (R44)

Een kind mag pas zonder autostoel vervoerd worden, als de normale 3-punts autogordel goed past. De leeftijd van het kind is hierbij dus niet zo belangrijk, maar wel de lengte van het kind. Als een kind groter is dan 135 cm, dan loopt de autogordel namelijk netjes over het sleutelbeen. Zolang de autogordel nog in de nek van het kind snijdt, kan het beste de kinderautostoel nog gebruikt worden.