Veilig productgebruik
Wij willen het aantal letsels verminderen dat gerelateerd is aan een consumentenproduct. Bij ongeveer een derde van alle bezoeken aan de Spoedeisende Hulp (SEH) is een product betrokken. Meestal is menselijk gedrag de oorzaak van deze letsels. Soms is er sprake van een onveilig product. Binnen het programma Productveiligheid zetten we ons in voor het verbeteren van de productveiligheid door het juiste gebruik van producten te stimuleren en door te signaleren welke producten onveilig zijn.
Hoe werken wij?
Het programma Productveiligheid richt zich op de meest voorkomende en meest ernstige letsels, waarbij consumentenproducten betrokken zijn. Hieronder verstaan we non-food producten waar je als consument gebruik van maakt in huis, op school, tijdens het sporten of in openbare ruimtes. Producten die vooral gebruikt worden in werksituaties (bijvoorbeeld landbouwmachines en hijskranen) en producten in verkeersituaties (zoals een botsing tussen twee auto’s) vallen hier niet onder.
Vanuit het Letsel Informatie Systeem (LIS) en andere bronnen is informatie beschikbaar over
Zo voorkomen we in Nederland letsels die gerelateerd zijn aan een product.
Ambitie
Het programma Productveiligheid is een jong programma waar nog veel kennis opgebouwd moet worden om letsels waar consumentenproducten bij betrokken zijn te voorkomen. De huidige activiteiten leveren belangrijke basiskennis op die nodig is voor verdere keuzes, prioriteiten en vervolgstappen. Bijvoorbeeld specifiek onderzoek naar rol van gedrag, risicogroepen en aangrijpingspunten voor preventie. Maar ook onderzoek naar de bewustwording bij consumenten ten aanzien van de veiligheid van bepaalde (typen) producten en productgroepen, het gebruik van bijsluiters en gebruiksaanwijzingen en de rol van bijvoorbeeld opleidingsniveau of leefsituatie in het ontstaan van ongevallen door producten. De stip op de horizon hierbij is een goedlopend (Europees) signaleringssysteem voor ongevallen met ‘relevante’ producten (met ernstig letsel tot gevolg en waar preventie mogelijk is).
Voor wie?
Opgedane kennis wordt actief gedeeld met verschillende stakeholders, professionals en consumenten en waar mogelijk meegenomen in de programma’s Kinderveiligheid, Sportblessurepreventie, Valpreventie voor ouderen en Verkeersveiligheid.