Ga door naar hoofdinhoud
Meisje op fiets

Fietsongevallen in Noord-Brabant

De Provincie Noord-Brabant heeft aan VeiligheidNL gevraagd om op basis van het landelijke LIS vervolgonderzoek naar fietsongevallen uit 2016 verdiepende analyses te verrichten specifiek voor fietsongevallen in Noord-Brabant.

Status

Onderzoek type

Onderzoek

Publicatiedatum: 1-8-2018

Aanleiding

Brabant gaat voor NUL verkeersdoden. Want elk verkeersslachtoffer is er één te veel. Feiten over ongevallen en slachtoffers geven inzicht in hoe veilig het verkeer in Brabant is. De provincie gebruikt die gegevens om goede keuzes te maken in op welke gebieden de provincie zich, samen met samenwerkingspartners, inzet. VeiligheidNL heeft in 2016 een vervolgonderzoek naar fietsongevallen uitgevoerd in opdracht van het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat. Hiervoor zijn vragenlijsten gestuurd naar fietsslachtoffers in alle 13 ziekenhuizen die deelnemen aan het Letsel Informatie Systeem. Op basis van deze data zijn uitgebreide analyses verricht naar de oorzaken van fietsongevallen in de regio Noord-Brabant. Een rapportage over het algemene beeld van verkeersongevallen in Noord-Brabant met cijfers over SEH-bezoeken, ziekenhuisopnamen en overledenen is separaat

.

In 2016 zijn in de twee Noord-Brabantse LIS-ziekenhuizen 1.581 SEH-bezoeken in verband met letsel door een verkeersongeval geregistreerd. Zes op de tien slachtoffers namen op de fiets deel aan het verkeer ten tijde van het ongeval (61%, 956). Daarnaast zijn gegevens uit het vervolgonderzoek gebruikt om de provincie Noord-Brabant inzicht te verschaffen in de aard, oorzaken en ernst van fietsongevallen in de regio per specifieke doelgroep: 

  • Ongevallen met jonge kinderen (0-4 jaar en 5-12 jaar);  
  • Ongevallen met jongeren (13-18 jaar);  
  • Ongevallen met volwassenen (19-64 jaar);  
  • Ongevallen met senioren (65-plussers);  
  • Ongevallen met wielrenners.  

Tevens is er per doelgroep een vergelijking gemaakt met het landelijke beeld en zijn ook de verschillende doelgroepen met elkaar vergeleken.  

Leeftijd en geslacht

Onder de fietsslachtoffers behandeld in het Maasland Pantein ziekenhuis of Bravis ziekenhuis was drie op de tien slachtoffers 65 jaar of ouder. Eén op de zes fietsslachtoffers was jonger dan 12 jaar. Er waren iets meer mannelijke dan vrouwelijke fietsslachtoffers (55% versus 45%). Dit was met name het geval onder de kinderen en de racefietsers (75% en 93%, respectievelijk). Onder senioren was 54% van de slachtoffers vrouw. In Nederland was 51% man en 49% vrouw en waren er met name meer vrouwelijke slachtoffers onder de kinderen (39%) en onder de racefietsers (18%).

Type letsel

In alle doelgroepen was een fractuur veruit het meest voorkomende letsel (51%), al verschilde de locatie van de fractuur per doelgroep. Ten opzichte van landelijke fietsslachtoffers lag het aantal fracturen in Noord-Brabant iets hoger (45% versus 51%), dit was met name bij de kinderen (38% versus 48%). Ook was er verschil in het aantal hersenletsels; landelijk kwam hersenletsel in elke leeftijdsgroep voor in een range van 10-14%, maar in Noord-Brabant had 20% van de kinderen en 3% van de volwassenen licht hersenletsel. Waarschijnlijk heeft dit ook geleid tot meer ziekenhuisopnamen bij kinderen in Noord-Brabant (20%). Landelijk werd tien procent van de kinderen opgenomen.

Type fiets

De helft van de slachtoffers liep letsel op tijdens het fietsen op een gewone fiets. Een vijfde van de slachtoffers reed op een elektrische fiets en een op de acht op een racefiets. Vooral kinderen en jongeren reden op de gewone fiets ten tijde van het fietsongeval (81% en 84%, respectievelijk). Onder de volwassen reed 21 procent op de racefiets, 19 procent op de mountainbike en 13 procent op de elektrische fiets (13%). Senioren maakten voornamelijk gebruik van de elektrische fiets (49%), gevolgd door de gewone fiets (30%). De landelijke cijfers komen hiermee overeen.

Oorzaken van het fietsongeval

De oorzaken van de fietsongevallen bij kinderen verschilden van de andere doelgroepen. Zo had een kwart van de kinderen een voet of ander lichaamsdeel tussen de spaken. Spaakbeknelling kwam bij de andere doelgroepen in veel mindere mate voor (3-8%). Ook een mankement aan de fiets werd door kinderen veel vaker genoemd (15% versus 0-6% in de andere doelgroepen). Bij alle doelgroepen was gedrag een belangrijke oorzaak van het ongeval. Hierbij werden vooral de factoren niet opletten en het maken van een stuurfout genoemd. Volwassenen en senioren gaven het eigen gedrag iets vaker aan als oorzaak (39 en 45%, respectievelijk); terwijl jongeren en racefietsers het ongeval meer aan het gedrag van een ander weten (46% en 49%, respectievelijk). De toestand van de weg, zoals losliggend materiaal of een gat in de weg, was eveneens een belangrijke oorzaak volgens de slachtoffers. Vier op de tien jongeren en volwassenen wezen dit als (mede) oorzaak aan. Dit was een kwart onder de senioren en maar 11 procent onder kinderen. Weersomstandigheden werden door zeventien procent van de fietsslachtoffers als oorzaak aangewezen. Voor zestien procent van de fietsslachtoffers lag de oorzaak in afleiding; racefietsers gaven het minste aan afgeleid te zijn geweest ten tijde van het fietsongeval (8%) en jongeren het vaakst (23%).

Helmgebruik

Zeventien procent van alle fietsslachtoffers droeg een helm ten tijde van het fietsongeval. Onder kinderen en senioren was het helmgebruik lager (4% en 7%, respectievelijk) en onder volwassenen hoger met 30 procent. Logischerwijs werd de helm vooral gedragen bij het fietsen op een racefiets of een mountainbike. Ten tijde van het ongeval droeg 71% van de racefietsers en 72% van de mountainbikers een helm. Landelijk was het helmgebruik 76% onder racefietsers en 57% onder mountainbikers.

Rapportage Fietsongevallen Noord-Brabant

Rapportage Fietsongevallen Noord-Brabant.pdf
(pdf)

Samenwerken op dit onderwerp?

Meer voor werkvelden:

Thema

Verkeersveiligheid

Jaarlijks worden zo'n 70.000 verkeersslachtoffers op de Spoedeisende Hulp behandeld met ernstig letsel. Vaak is eigen gedrag een belangrijke oorzaak. Het programma Verkeersveiligheid richt zich op het beschermen van de gezondheid van verkeersdeelnemers en op het stimuleren van veilig gedrag in het verkeer.

Meer over dit thema
placeholder